Prinsengracht Amsterdam
De Prinsengracht is de derde en buitenste van de drie hoofdgrachten in Amsterdam
Tezamen vormen deze drie grachten de “Vierde uitleg” van de stad, een uitbreidingsproject dat in 1612 een aanvang nam en 50 jaar later gereed was. Na de voltooiing van het project was de stad vier maal zo groot geworden. Gedurende de 17e eeuw groeide de bevolking van Amsterdam van 50 000 tot 200 000 inwoners, waardoor Amsterdam de op twee na grootste stad ter wereld werd, na Londen en Parijs. In 2009 werd de Amsterdamse grachtengordel op de werelderfgoed lijst geplaatst.
Begin van de Prinsengracht, hoek Brouwersgracht
Bij de onderstaande beschrijving van alle interessante plekken langs de Prinsengracht volgen we de richting waarin de gracht werd gegraven – van de Eenhoornsluis in het Noordwesten tot de kruising met de rivier de Amstel in het zuidoosten.
Eenhoornsluis
Aan het begin van de Prinsengracht ligt de Eenhoornsluis, een van de 16 sluizen die in de 17e eeuw rond de stad werden aangelegd om het waterniveau in de grachten te beheersen en om de stad te beschermen tegen de Zuiderzee. Amsterdam was een zeehaven en de Eenhoornsluis was een zeesluis. Dat is nog steeds zichtbaar: de vloeddeuren aan de buitenzijde zijn veel hoger dan de deuren aan de stadszijde. Die vloeddeuren moesten de stad beschermen tegen springtij en storm uit het noordwesten. De Zuiderzee had al veel overstromingen veroorzaakt. De laatste grote overstroming vond plaats in 1916. Om te voorkomen dat er nog meer overstromingen zouden komen, werd in 1935 de Afsluitdijk voltooid.
De steen van Hudde
Groen uitgeslagen en gedeeltelijk verstopt achter een sluisdeur van de Eenhoornsluis zit een steen die in 2005 tot gemeentemonument is verklaard. Hij is daar geplaatst in 1683 in opdracht van burgemeester Joannes Hudde als peilsteen voor de waterhoogten in de stad.
De horizontale groef op die steen geeft de hoogte aan van de zeedijken langs het IJ in die tijd. Het gemiddelde hoogwaterpeil van de Zuiderzee bij die dijken werd het uitgangspunt voor het Amsterdams Peil, zijnde negen voet en vijf duim (2,676 m.) beneden die peilstreep. Bescherming tegen overstromingen en afvoer van vervuild grachtenwater waren de belangrijkste redenen voor het instellen van een norm voor waterbeheersing. Een door Hudde ontworpen systeem van sluizen, watermolens en peilstenen moest er voor zorgen dat Amsterdammers droge voeten hielden en niet ziek werden van de stank en de vervuiling van de grachten. Negen peilstenen werden ingemetseld in sluismuren. Daarvan heeft alleen de steen in de Eenhoornsluis de tand des tijds doorstaan. Samen met de gehele sluis is “De steen van Hudde” in 2005 op de lijst van gemeentemonumenten geplaatst. Historisch gezien een belangrijke steen: Amsterdams peil werd het alom bekende N.A.P. (Normaal Amsterdams Peil), dat nu geldt als maatstaf voor alle metingen van water en landhoogte in Nederland en in de meeste Europese landen.
Burgemeester Joannes Hudde, heer van Waveren en Sloterdijk was waarschijnlijk een van ’s werelds eerste waterbouwkundigen. Hij liet de Nieuwe vaart graven als een alternatieve afwatering van grachtenwater naar de Zuiderzee en ook de Amstelsluizen dragen zijn signatuur. Hij reisde zelfs een keer met onder andere Christiaan Huygens naar de bovenlopen van de IJssel en de Rijn om te onderzoeken of uitdieping van die rivieren kon bijdragen aan de waterbeheersing in Amsterdam. “Zijn” steen is waarschijnlijk het minst bekende historische monument in Amsterdam. Er bestaat zelfs geen enkele volledige afbeelding van.
Café ‘Papeneiland’
Aan de andere kant van de gracht, op de hoek van de Brouwersgracht, bevindt zich een van de oudste café’s van Amsterdam: ‘Papeneiland’, uit 1641. In de 17e eeuw was “Paap” een algemeen scheldwoord voor Katholieken. ‘Papeneiland’ was een katholiek café op een eilandje net buiten de stadsmuur. In de 17e eeuw werd een geheime tunnel gegraven van de verborgen Posthoornkerk, onder de gracht naar de kelder van het café. Door die tunnel konden de Katholieken de stad ontvluchten als er problemen waren. De ingang van die tunnel is er nog steeds. Papeneiland heft twee voorgevels, een trapgevel aan de Prinsengracht en een aan de Brouwersgracht. Daar betaalde de eigenaar dubbel belasting voor – de belasting werd geheven voor de breedte van de voorgevel met een hijsbalk. De eigenaar was dus een welvarend man. In mei 2011 was Papeneiland in het nieuws omdat ex-president Clinton er enige uren doorbracht tijdens zijn bezoek aan Nederland. Hij was er speciaal naar toe gekomen voor de beroemde huisgemaakte appeltaart.
Posthoorn schuilkerk
De reformatie was van groot belang voor Amsterdam. De omwenteling was voor een groot deel verantwoordelijk voor de snelle groei van de economie van de stad. De katholieken werden uit het stadsbestuur gegooid en hun kerken werden gesloten en omgebouwd tot protestantse gebedshuizen. De katholieken mochten hun geloof niet meer openlijk belijden. Dus richtten zij semi clandestiene schuilkerken in voor hun kerkdiensten. Er waren 14 van die schuilkerken in de stad. Iedereen wist er van en zij werden gedoogd zolang zij niet in de openbaarheid traden. “Gedogen” kent een lange traditie in Amsterdam. Een van die schuilkerken was de Posthoornkerk, op nr 7 aan de linkerkant van de gracht, die alleen te herkennen is aan een gevelsteen met een posthoorn boven de deur.
Noorderkerk
Aan de rechterkand van de gracht zien we de Noordermarkt, met in het midden de Noorderkerk. Die kerk is gebouwd in de zelfde periode als de Westerkerk een eindje verderop en ontworpen door de zelfde architect: Hendrick de Keyser. De kerk werd gefinancierd door de zelfde rijke kooplieden die voor de Westerkerk hadden betaald. Maar de kooplieden lieten de Westerkerk bouwen voor hun eigen gebruik en de Noorderkerk was bedoeld voor de minder welriekende stadgenoten die zij liever niet zagen in hun chique Westerkerk: vissers en boeren en andere armelui. De bouw van de Westerkerk duurde 13 jaar, de Noorderkerk was in twee jaar gereed.
Smalste huisje
De meeste nieuwe inwoners aan het begin van de 17e eeuw waren kooplui en die wilden allemaal een huis aan de gracht, zodat ze hun koopwaar rechtstreeks uit de boten in de gracht naar hun pakzolders konden hijsen. In bijna iedere gevel zit een hijsbalk voor een takel en blok die werd gebruikt voor het ophijsen van goederen. Die hijsbalken worden nog steeds gebruikt in Amsterdam voor verhuizingen. De trappen in oude Amsterdamse huizen zijn steil en smal. Grote meubelen kunnen daar niet doorheen. De meeste grachtenhuizen zijn smal en diep gebouwd. In de zeventiende eeuw moest belasting worden betaald voor de breedte van de gevel aan de gracht. Die belasting was hoog, het uitbreidingsproject van de stad moest er mee worden betaald. De meeste grachtenhuizen waren 6 meter breed. De enige gracht met bredere huizen is de Herengracht. Daar woonden de rijke kooplieden en regenten van de stad, die de hoge belastingen met gemak konden opbrengen.
Aan de andere grachten zijn een aantal beroemde smalle huizen te vinden. Het smalste huis van Amsterdam is op de Singel nr 7. Dat huis is maar 1 meter breed. Maar de achterkant van dat huis is 7 meter breed, dus dat was een ruim huis op een goede locatie waar niet veel belasting voor betaald hoefde te worden. De bouwer van het smalste huis aan de Prinsengracht had dat voordeel niet, de achterzijde is hier niet veel breder dan de voorkant.
Anne Frank Huis
Het nieuwe gebouw op de hoek is de ingang van het Anne Frank museum. Een van de drukst bezochte musea in Nederland, met bijna een miljoen bezoekers per jaar. Het derde huis vanaf de hoek, nr 273 met de drie groene deuren is het huis waar Anne Frank tijdens de oorlog twee jaar ondergedoken zat en waar ze haar beroemde dagboek schreef.
Westerkerk
De meest beroemde kerk van Amsterdam werd gebouwd tussen 1620 en 1631. Het was een van de eerste vier protestantse kerken die na de reformatie in Amsterdam werden gebouwd. Koningin Beatrix is er getrouwd in 1966 en Rembrandt is er begraven in 1667. Zijn graf is niet meer te vinden in de kerk, het is 20 jaar na zijn overlijden geruimd. Toen hij stierf was Rembrandt straatarm en niemand was bereid was om voor het onderhoud te betalen.
Pulitzer hotel
26 gerestaureerde 17 e eeuwse grachtenpanden werden samengevoegd tot een gebouw dat nu een van de meest interessante hotels van Amsterdam is. Vijf sterren luxe met een huiselijke Hollandse uitstraling.
Brouwerij ‘Het Rode Hert’
Aan de linkerzijde voorbij de brug zien we een rij van 7 klokgevels met afbeeldingen van rode herten in de geveltoppen. Brouwerij ‘Het Rode Hert’ was hier gevestigd. In 1840 begon deze brouwerij met het huren van waterboten die schoon water uit de Vecht naar Amsterdam brachten om het bier mee te brouwen. Daarmee was dit de eerste kwaliteitsbrouwerij,die geen grachtenwater gebruikte voor het brouwen.
Woonboot museum
Wie wil ervaren hoe het is om op een woonboot te wonen, kan een bezoek brengen aan het woonboot museum, rechts net voor de volgende brug. De eigenaar was een leraar die op een gegeven moment zo genoeg kreeg van alle mensen die hem vroegen of ze een kijkje op zijn mooie boot mochten nemen, dat hij er een museum van heeft gemaakt. Oorspronkelijk woonde hij op de boot, maar het museum is nu het gehele jaar geopend. Sindsdien woont hij op de woonboot aan de overkant van het water, waar hij wat meer privacy heeft.
Café Molenpad
Een van de weinige cafés langs deze gracht dat beschikt over een terras aan de waterkant is ‘Molenpad’op nr 653. In de zomer komen veel plezierboten hier aanleggen voor een drankje of een hapje. Op verzoek kunnen zij aan boord worden bediend.
Dikker en Thijs
Op nr. 438, op de hoek van de Leidsestraat is hotel/restaurant Dikker en Thijs gevestigd sinds 1895. Een begrip in Amsterdam, oorspronkelijk was het een delicatessenwinkel en daarmee de eerste zaak in de stad waar kaviaar, kreeft en oesters verkrijgbaar waren.
Rockclub The Cave
Op nr. 478 aan de rechterzijde van de gracht staat het Walhalla voor Punk, Rock and Heavy Metal fans, waar bijna iedere avond live muziek te horen is. Personeel en vaste bezoekers van deze club zien er gevaarlijker uit dan ze zijn – de sfeer is vriendelijk en gastvrij en af en toe wordt er zelfs akoestische muziek gespeeld. Achter dit gedeelte van de Prinsengracht ligt het Leidsepleingebied, met honderden bars, restaurants, theaters and nachtclubs het belangrijkste uitgaanscentrum van de stad.
Oudste melkfabriek
Het gebouw met het kleine torentje aan onze linkerhand op nr 647 is gebouwd in 1862 als huisvesting van de eerste melkfabriek in Nederland. Voordat deze fabriek in bedrijf werd gesteld, werd melk in Amsterdam aangevoerd en verwerkt in grote houten vaten die open waren en werden schoongemaakt met grachtenwater. In de nieuwe melkfabriek werden voor het eerst gesloten koperen melkbussen gebruikt, die werden gesteriliseerd voordat ze gebruikt werden. Een paar jaar eerder was de Amsterdamse drinkwater maatschappij opgericht, die via een pijpleiding schoon duinwater naar de stad bracht. Samen met dit bedrijf bood de nieuwe melkfabriek een enorme sprong voorwaarts op het gebied van hygiëne voor de Amsterdamse bevolking.
Prinsengracht ziekenhuis
Het enige ziekenhuis in de binnenstad op nr. 769, werd in 1857 geopend. Een cholera epidemie in de vijftiger jaren van de 19e eeuw was de aanleiding voor de bouw van dit ziekenhuis voor gegoede Amsterdammers. In 1996 werden de laatste ziekenhuisbedden uit het gebouw verwijderd. Sindsdien is er een polikliniek gevestigd die deel uitmaakt van het veel grotere Onze Lieve Vrouwegasthuis.
Walenweeshuis
In de 17e eeuw vluchtten duizenden Hugenoten voor de Rooms Katholieke inquisitie in Frankrijk en Wallonië. Een groot deel van deze vluchtelingen vestigde zich ik Amsterdam. Door deze gemeenschap werd een weeshuis gesticht, dat in 1683 werd gevestigd in een groot gebouw op de hoek van de Prinsengracht en de Vijzelgracht. Dit weeshuis was gemengd voor jongens en meisjes, hetgeen ongehoord was in die dagen. Wel hadden jongens en meisjes verschillende ingangen en leefruimten in het gebouw. Tegenwoordig heet het gebouw "Maison Descartes" en zijn het Franse consulaat en de Alliance Francaise er gevestigd.
Café de fles
Op de hoek van de Vijzelstraat en de Prinsengracht is een bekend en zeer populair café restaurant gevestigd. ‘De Fles’ is een typisch oud bruin café waar blues de muziek is en de fles is gevuld met bier in vele soorten.
Salonboot Avanti
De historische salon boot Avanti is gebouwd in het jaar 1909 als privé jacht voor de directeur van de werf Van der Giessen De Noord, in die tijd een van de grootste scheepswerven in Nederland. Vandaag vaart de Avanti met feestende passagiers door de Amsterdamse grachten.
Ooievaar, vroedvrouw
Op de hoek van de Prinsengracht en de Reguliersgracht zijn de beroemde zeven bruggetjes te zien. ’s Avonds geeft de verlichting van die bruggen de indruk van een tunnel – ‘de tunnel der liefde’ wordt dit doorkijkje ook wel genoemd. Aan het einde van die tunnel had in de 17e eeuw een vroedvrouw haar praktijk. Zij maakte reclame voor haar bedrijf met een beeld van een ooievaar boven de voordeur van haar woning. Die ooievaar staat daar nog steeds.
RK kerk de Duif
Na de reformatie van 1578 werden de katholieken de stad uit gejaagd en hun kerken werden gesloten en omgebouwd tot protestantse gebedshuizen. De bouw van Katholieke godshuizen werd verboden, een verbod dat pas 180 jaar later, in 1855 werd opgeheven. Na die datum werd een groot aantal katholieke kerken gebouwd, waarvan ‘De Duif’ een van de eersten was. De kerk werd voltooid in 1858. Na een grondige restauratie in 2006 is het gebouw nu in gebruik als oecumenische plaats van samenkomst. Jos Brink was in die tijd de bekendste voorganger in ‘De Duif’.
Amstelkerk
Een tijdelijk houten bouwsel dat bedoeld was om 10 jaar te blijven
staan als noodkerk werd gebouwd in 1681 Op het Amstelveld zou een stenen kathedraal verrijzen die het hele plein zou vullen. Maar het kapitaal voor de kathedraal kwam er nooit en dus staat de houten noodkerk er nog steeds na meer dan 300 jaar. Af en toe worden er nog kerkdiensten gehouden, maar er is ook een restaurant gevestigd.
Amstelveld
Oorspronkelijk zou er een grote kerk worden gebouwd, maar de initiatiefnemers daarvan kregen het benodigde kapitaal niet bij elkaar, dus het Amstelveld werd een groot stadsplein. Iedere maandag wordt op dit plein een populaire markt voor planten en bloemen gehouden.